Column Noud van Buul: 'Improviseren in deze moeilijke tijd'

Deelacties:

Als om vier uur ’s middags de school uit was spoedden de jeugdvoetbalfanaten zich naar het trapveldje achter het pakhuis en eierbond. Van meestal kledingstukken werden er twee doelen gemaakt; echte doelen waren er niet dus er moest worden geïmproviseerd. Regelmatig discussie “hij zat wel, hij zat niet.” Aansluitend aan het veldje was zo’n ouderwets toilet als de beheerder - belast met het schouwen van eieren - naar de wc moest. Misschien ken je zo’n toiletdeur nog wel, een houten deur met een “open hartje” erin en daaronder had één van ons – Martin – de letters TMR van “Trap Maar Raak” geschilderd. Na de partijtjes werd daar dan ook weer driftig gebruik van gemaakt om van een afstand van 15 meter “het hart” te raken. We speelden om het Knegsels Kampioenschap, Gemeente kampioenschap enz.

De trainingen in de jaren zeventig waren nog niet zoals heden ten dagen. Ik heb trainers meegemaakt waar touwtje springen hoog in het vaandel stond en ik, ik had daar een bloedhekel aan en zou liever voor een Coopertest gaan. Toen ik zelf trainer werd was ik ook regelmatig aan het improviseren. Want alleen warming up en losmakende oefeningen en partijtjes was schijnbaar niet voldoende. Dus kocht ik allerlei boekjes over snelheid maar ook over krachtoefeningen. Er werd ook aan krachttraining gedaan. Maar ik had geen medicine ballen dus vulde ik plastic vuilniszakken tot een bepaald gewicht met zand en deed er dan een jute zandzak overheen. Maar binnen de kortste keren ging de plastic kapot en het zand ging in je ogen en over andere lichaamsdelen. Later kreeg ik een goede relatie met Harrie van Megen – hoofd sport op de RvS kazerne – en kon wel attributen bij hem lenen. Toen ik bij mijn vierde club – Reusel Sport – terecht kwam had ik het voordeel dat sportpark Den Hoek maar een steenworp van het motorcross verwijderd was: dus in de voorbereiding op een seizoen konden wij daar onze lusten botvieren. Bij Reusel Sport was het de gewoonte dat er eerst – voor de algemene conditie – een vijftal trainingen het crossterrein opgezocht werd; ideaal, zolang er geen bal aan te pas kwam ….. En mijn zeer ervaren, illustere voorgangers bij de club – Loek Chatrou en Harrie Bottram – hadden hier tot ieders genoegen ook altijd gebruik van gemaakt.
Spartaanse training? Dat zo’n keuze in die tijd vrij normaal was zag ik meerdere keren in de Drunense Duinen als ik met mijn dienstplichtige gabbers daar oefende. Ik kwam regelmatig Leen Looyen – trainer bij Willem II – tegen met zijn selectie die van de bospaadjes en het mulle zand mochten genieten. Natuurlijk is het als trainer vaak improviseren zowel bij trainingen als wedstrijden. Daar ben je steeds handiger in ……..

Ook nu ontkomen we niet aan: improviseren. Mijn neefje zit bij de FC Eindhoven academy. Om ieder toch in beweging te houden heeft het kader een Stay At Home Challenge ontworpen waarmee de spelers zich wel vermaken. De jongens zijn goed bezig en gemotiveerd zoals uit de scores blijkt. Ook mama wordt veelal ingeschakeld want de behaalde resultaten moeten “gefilmd” en ingediend worden bij de staf. Wat zijn de opdrachten zoal? Hooghouden; bal over afstand van 15 meter in kliko trappen; trucjes uit het arsenaal van bv Jay Jay Okocha, Ronaldinho, Cruyff, Piet Keizer, Deco, Ronaldo, Zlatan; hooghouden van een tennisbal. Bij deze laatste oefening leverde twintig keer hooghouden (linker- en rechterbeen gebruiken) het meeste punten op. Maar, balen …, weer opnieuw want bij de eerste sessie van twintig keer had mamma de camera te laat aanstaan……..

Ik neem aan dat de amateurtrainer ook inventief is: wat verlangt hij van zijn spelers in deze ongewoonlijke situatie? Misschien willen deze regio amateur trainers hun opdrachten aan de individuele spelers via AVE delen??? Ik ben benieuwd!  

© 2024 Amateurvoetbal Eindhoven, op dit artikel rust copyright.

Jouw reactie?